In deze jubileumreeks zetten we onze huurders in het zonnetje die al heel wat jaren een woning bij ons huren. Zij delen hun verhalen. Over wat zij allemaal hebben meegemaakt, wat er is veranderd of juist niet, waarom ze al zo lang bij ons huren en hoe zij onze dienstverlening ervaren. Met dit keer het woord aan mevrouw en meneer Snijders uit Strijen, die al sinds 1974 een woning van ons huren.
Eerder dit jaar organiseerden wij een speciale high tea voor alle jubilarissen die gereageerd hebben op een social media-oproep. En als je al zolang huurt heb je ook veel te vertellen, bleek. Een keer in de maand brengen we een van de verhalen de komende tijd nog even onder de aandacht.
Sinds wanneer huren jullie een woning van HW Wonen?
We huren deze woning sinds 1974, maar ik (Anja) woon hier al veel langer. Sterker nog, op plek waar jij nu zit, werd ik in 1956 geboren. Dit huis was van mijn oma. Zo ging dat vroeger. Mijn opa en oma woonden beneden en mijn ouders deelden de bovenverdieping met mijn tante. Toen ik 3 was, verhuisden we naar de Julianastraat, een eindje verderop. Ik heb toen heel de buurt bij elkaar gehuild. Ik wilde hier helemaal niet weg. Toen niet wetende dat ik hier op mijn 18e weer terug zou keren.
Dus na bijna 15 jaar weer terug op het nest. Hoe is dat gegaan?
In de Saturnusstraat werden seniorenflats gebouwd, maar die hadden voor die tijd een pittige huurprijs. Ze raakten ze niet kwijt. Mijn oma wilde daar wel wonen, maar alléén als wij haar woning zouden krijgen. Mijn vader zat in de Woningcommissie. Zo ging dat vroeger: ons kent ons en het werd geregeld. We waren trouwens niet de enige hoor. In die tijd kwam het vaker voor dat kleinkinderen het huis van hun opa en oma overnamen.
Maar nu jullie hier toch zijn, kunnen jullie een goed woordje voor ons doen?
Hoezo, willen jullie verhuizen?
‘Willen’ is een groot woord, maar we komen nu op een leeftijd dat we hier wel over moeten nadenken. Mijn vrouw is pas gevallen en kan haar arm moeilijk bewegen. Ik moet haar helpen in de douche en dan is het toch wel erg krap allemaal. We staan ingeschreven als woningzoekende en reageren op gelijkvloerse woningen. Tot nu toe zonder succes, maar ik denk als het echt zover is dat we wel moeten slikken hoor. Dit jaar wonen we hier 50 jaar en zijn we 50 jaar getrouwd. We hebben hier zoveel meegemaakt.
Willen jullie een paar van deze momenten met ons delen? En we zijn natuurlijk ook benieuwd naar hoe jullie elkaar hebben ontmoet.
Anton kwam als bakkersjongen bij ons aan de deur. Ik was toen 13, hij 15. Ik heb hem binnengelaten en nooit meer laten gaan. In het jaar dat ik 18 werd, zijn we hierheen verhuisd. De woning is na de oorlog gebouwd. Materialen waren schaars en hierdoor bleef de kwaliteit achter. De woning was toen nog niet geïsoleerd en we moesten in de winter de leidingen ontdooien met een föhn. Het was hier ijskoud. Zo’n 30 jaar geleden werd de woning gerenoveerd. Midden in de winter. We sliepen beneden op een matrasje op de grond en keken zo tegen het dak aan. Uiteindelijk konden we van iemand een caravan lenen, maar het bleef behelpen. Onze vissen hebben het niet overleefd, want het water in de kom was bevroren. Weer een paar jaar verder kregen we een nieuw dak. Juist op het moment dat er een zware storm was aangekondigd. Maar dat was voor de werklui geen reden om te wachten. Nou dat hebben we geweten, het was een levensgevaarlijke situatie. Gelukkig ligt dit achter ons. Nu kunnen we erom lachen, maar feit blijft dat de woning in basis niet heel goed is. Toen onze buren een tijd terug gingen verbouwen, zaten ze ineens bij ons binnen. Dat heb je nu eenmaal met naoorlogse woningen. De muren zijn maar een halve steen dik en de vloer is gemaakt van een soort mix van cement, zand en stro. Dat kun je je nu niet meer voorstellen. Ondanks deze avonturen, hebben we vooral veel fijne herinneringen. We wonen hier heerlijk.
Is er in 50 jaar veel veranderd in de omgeving?
Vroeger woonden we tussen de boomgaarden en boerderijen. Nu staan er meer huizen, maar het is nog steeds een prachtig straatje. Én het is nog steeds gezellig. We hebben veel contact met de buren, ook met nieuwe buurtbewoners. Toen ik laatst gevallen was, stond de buurvrouw van een paar huizen verderop meteen met een pan soep op de stoep en de rest van de week konden we bij het gezin aanschuiven. Toen mijn man met pensioen ging, was de straat versierd en kregen we veel kaartjes en bloemen. Dat is toch fijn. Ook organiseren we elk jaar een buurtbarbecue. Het is nog steeds een fijne, sociale buurt.
Hebben jullie weleens contact met HW Wonen en zo ja, hoe is dat gegaan?
Dit huis voelt zo eigen, dat we eigenlijk altijd alles zelf hebben gedaan. Het kwam niet in ons op om de woningstichting te bellen als er iets was. Zo wilden we laatst zelf de asbestsanering van het dak van de garage regelen. Toevallig kwam er iemand van HW Wonen langs. We kregen te horen dat dit een taak van HW Wonen is. Daar hadden we nooit bij stilgestaan. Nu weten we wel beter. We doen nog steeds veel zelf, maar pas heb ik toch een keertje de woningstichting gebeld. Weet je wat we toen te horen kregen? “We hebben helemaal geen huurwoningen meer in Buiteneinde.” Daar hebben we natuurlijk keihard om gelachen. De klacht is uiteindelijk prima verholpen, maar het geeft wel aan dat we vergeten worden. Overal worden woningen gerenoveerd, maar wij komen achteraan. Waarschijnlijk omdat de meeste woningen om ons heen verkocht zijn. Van mij mogen ze dit ook verkopen hoor. Zeker als we hiermee kans maken op een andere woning.
Tekst: Cynthia van der Waal, Schrijven is Blijven